Skip to main content
XS SM MD LG XL

Van de trainer

Hoewel we het tijdens de trainingen vaak hebben over een ‘zweefmoment’, bestaat lopen natuurlijk bij de gratie van grondcontact. Wij lopers zijn veelal down to earth. Ik probeer dat tijdens mijn trainingen voelbaar te maken door jullie regelmatig ter aarde te laten storten voor een in grote dank afgenomen fijne plank-, situp- of pushupoefening – you’re welcome!

Lopen is dus al met al een erg aardse sport. What goes up, must namelijk come down. So let’s see what happens down there. Er is nogal veel te zeggen over dat relatief korte moment van grondcontact dat tijdens elke bewegingscyclus plaatsvindt. Voor de vuist weg schotel ik jullie een paar trefwoorden voor uit het hoofdstuk ‘Aarde’ van het handboek loopsoldaat: hak- of middenvoet/voorvoetlanding, actieve voetplaatsing door voorspanning, (kort) grondcontact, pasritme, toe-off, grijpende loopbeweging. En dan heb ik het niet eens over passend schoeisel; daarvoor verwijs ik jullie graag naar onze expert dr. Raymond, die geregeld spreekuur houdt in de Kruisstraat.

Tijdens de trainingen behandel ik alle aspecten uitgebreid (kom vooral een keer langs als we de alom geliefde ‘pendelgrijphup’ oefenen). Ik ga het hier vooral hebben over de actieve voetplaatsing, die voor mij de kern van alle grondcontact is. Wat wordt hiermee nou bedoeld? Actieve voetplaatsing wil zoveel zeggen als ‘energieke’ voetplaatsing. Je lichaam vormt een strekketen van schakels die allemaal via scharnierpunten (je gewrichten) verbonden zijn. Tijdens elke bewegingscyclus maakt die keten kort contact met de grond; het enige (en dus cruciale) moment waarop je je weer voortstuwt voor een volgende pas. Bij een energieke voetplaatsing zorg je ervoor dat die hele keten bij de landing onder ‘voorspanning’ komt te staan, waardoor je jezelf als het ware weer automatisch weg katapulteert naar je volgende zweeffase; als een soort springveer. Zoek op YouTube maar eens een filmpje van een springbok op. Dit in tegenstelling tot de inactieve voetplaatsing waarbij je je lichaam, overdreven gesteld, toestaat als een soort pudding ineen te zakken, om je van daaruit weer verder te slepen naar een volgende stap. YouTube: olifant. Afijn, je snapt het verschil.

Bij de voet, als onderdeel van die strekketen, bereik je de actieve inzet door hem bij de landing ietsje op te trekken in de zogenoemde supinatie-stand, net voordat de voet de grond raakt. Dus niet passief, maar actief met voorspanning, waarbij de voet in de beweging het been naar achteren beweegt, de aarde als het ware een kort moment ‘grijpt’ en je weer voortstuwt. Als de voet actief wordt geplaatst, activeert dit vanzelf de spieren van die voet en van de onderbenen, zodat ze én de schokbelasting opvangen én als een springveer werken.

Als je op deze manier loopt, dan ben je minder gevoelig voor blessures, mits je goed getraind bent en je lijf sterk genoeg is om actief te lopen. Hoe zit dat? Lopen met een betere (voet)techniek leidt tot een zogenaamde korte(re) contacttijd: de tijd die je voet daadwerkelijk in contact staat met de grond. Een (te) lange contacttijd ontstaat door een zwakke plek in de strekketen of springveer. Als een scharnierpunt in die keten namelijk teveel naar beneden, binnen of buiten doorbuigt kost dat tijd. En dat alsmaar doorbuigen en daardoor langer en onjuist belasten van die punten leidt tot blessures. Neem als voorbeeld het doorzakken van je voet of enkel naar binnen of buiten (achillesklachten), het naar binnen zakken van je knie (knee-inn leidt tot lopersknie) of een te holle, doorzakkende onderrug (hamstring-gerelateerde klachten). Dus je zou kunnen stellen: blessures hangen vaak samen met een te lange contacttijd.

Kortom; een energieke loopstijl met actieve voetplaatsing maakt dat je je makkelijker en ten koste van minder energie en blessures voortbeweegt!

Om terug te komen op het thema ‘aarde’: in een opleidingsboek vond ik de volgende omschrijving: “Er vindt een streling plaats van de aarde door je hardloopschoen, met net zoveel liefde als een kleuterjuf die de bol van een kind streelt”. Denk daar maar eens aan, de volgende keer dat je jezelf afbeult in de duinen.

Ron